Landelijke bouwopgave

De afgelopen jaren zijn verschillende berekeningen gepubliceerd van de bouwopgave voor zelfstandig wonen, gecombineerd met zorg en welzijn. De berekeningen die de ministeries van VROM en VWS lieten maken op basis van het Woononderzoek Nederland 2006 (WoON), hebben een formele status gekregen. Zij worden gebruikt om de prestaties van lokale en regionale partijen in het veld te beoordelen.

De ministeries gaan in het WoON uit van twee hoofdcategorieën woningen die geschikt zijn voor ouderen en mensen met een beperking: nultredenwoningen en woningen met verzorgd wonen. Een nultredenwoning moet extern en intern toegankelijk zijn. De woning is vanaf de straat te bereiken zonder traplopen en in de woning zijn woonkamer, keuken, toilet, badkamer en tenminste één slaapkamer zonder traplopen te bereiken. Een woning met verzorgd wonen is een nultredenwoning waarin de bewoners zorg op afroep kunnen krijgen.

Voorraad nultredenwoningen

Voor het Actieplan Beter (t)huis in de buurt van VROM en VWS werd op basis van het WoON de behoefte aan nultredenwoningen en verzorgd wonen berekend. Tot 2015 zouden per jaar 45.000 nultredenwoningen beschikbaar moeten komen door nieuwbouw, verbouw en woningtoewijzing (in totaal 406.000 woningen in de periode 2006-2015). Daarvan moeten er 13.000 per jaar vallen in de categorie verzorgd wonen (116.000 in de periode 2006-2015).

Volgens het WoON waren er in Nederland in 2007 1,5 miljoen nultredenwoningen (van de totale woningvoorraad van 7 miljoen) en hiervan vielen er 129.000 in de categorie verzorgd wonen. Vergeleken met het vorige woningbehoefteonderzoek uit 2002 daalde het aantal nultredenwoningen van 1,8 miljoen naar 1,5 miljoen. Reden voor de daling is een aanscherping van de definitie van nultredenwoningen door VROM. Een woning is nu pas extern toegankelijk, wanneer ook de woonkamer zonder traplopen bereikt kan worden. De meeste nultredenwoningen zijn flatwoningen. Eengezinswoningen die zijn aangepast met een traplift of die de belangrijkste woonruimten gelijkvloers hebben (seniorenwoningen en bungalows) vallen ook onder de definitie van nultredenwoningen. Maar traditionele eengezinswoningen met een trap vallen er buiten.

Verbetering eengezinswoningen

Aedes, ActiZ en MOgroep bekritiseerden de eenzijdige aandacht in WoON voor nultredenwoningen. Ook de verbetering van traditionele eengezinswoningen zou in de bouwopgave moeten worden betrokken. Slechts 30% van de woningvoorraad bestaat uit flats, die vooral in stedelijk gebied zijn gebouwd. Ouderen wonen vooral in eengezinswoningen en willen daar graag in blijven wonen.

Ruim 70% van de bestaande eengezinswoningen heeft geen toilet op de slaapverdieping. Dat kan bij oudere bewoners de wens om te verhuizen naar een nultredenwoning versterken. Verbetering van eengezinswoningen, bijvoorbeeld door het aanbrengen van een tweede toilet op de slaapverdieping, kan ertoe leiden dat bewoners langer in hun eengezinswoning willen blijven. Door verbetering van bestaande traditionele eengezinswoningen kan de vraag naar nultredenwoningen verminderen, is het standpunt van Aedes, ActiZ en MOgroep.

Onderzoek naar woonbehoeften ouderen

Het standpunt van de brancheorganisaties werd bevestigd in een onderzoek dat in opdracht van het Kenniscentrum werd uitgevoerd onder oudere bewoners van eengezinswoningen. Het onderzoek heet  'Wie de woning houdt, passe hem aan'. Veel bewoners blijken graag in hun eengezinswoning te willen blijven als ze maar één of twee keer per dag hoeven traplopen. De brancheorganisaties wezen er ook op dat de mogelijkheden voor het bouwen van seniorenwoningen in de laagbouw beperkt zijn. Momenteel bestaat 42% van het aanbod van nultredenwoningen uit dergelijke seniorenwoningen.

Meer informatie

18-09-2009