Introductie wonen en zorg

Nederland vergrijst en ontgroent. Het aantal ouderen neemt toe, het aantal jongeren daalt. Langzaam, maar zeker. Soms lijkt het of er op zeer korte termijn een grijze vloedgolf over het land zal spoelen. Dat is niet het geval. Pas in 2038 bereikt het percentage ouderen in de bevolking zijn hoogtepunt. Toch dringt de tijd. De woningen die we nu bouwen of verbouwen gaan nog decennia lang mee. Het ontwikkelen en testen van nieuwe concepten vergt vele jaren. Bovendien stijgt het aantal 75-plussers sneller dan het totale aantal ouderen. Zij zijn de grootste zorgvragers. Inmiddels zijn bijna 1.400 Nederlanders 100 jaar of ouder.

Vergrijzing en ontgroening hebben economische gevolgen. Ook worden maatschappelijke ontwikkelingen versterkt.

Economische ontwikkelingen

Het aandeel van de zorg in de economie zal stijgen, terwijl het aantal werkenden daalt. Technologische ontwikkelingen kunnen een tekort aan arbeidskrachten compenseren en het leven veraangenamen. Een groot deel van de ouderen zal een hoger inkomen hebben en meer kunnen besteden aan wonen en zorg. Anderen blijven aangewezen op basisvoorzieningen.

Maatschappelijke ontwikkelingen

Steeds meer inwoners kiezen voor zelfstandige woonruimte, met zorg als dat nodig is. Dat geldt ook voor het toenemende aantal ouderen van allochtone afkomst. Daardoor daalt de vraag naar 'intramuraal' wonen in verzorgingshuizen. Vergeleken met 20 jaar geleden woont al een veel lager percentage ouderen in een verzorgingshuis. De indicatiestelling is verscherpt, waardoor degenen met een indicatie op korte termijn ook werkelijk de geindiceerde voorzieningen nodig hebben.

Scheiding van wonen en zorg

De wensen van bewoners en het overheidsbeleid leiden tot scheiding van wonen en zorg: wonen en zorg worden in de toekomst apart gefinancierd. In de toekomst huren of kopen bewoners hun woonruimte en krijgen ze de zorg afzonderlijk aangeboden. Veel bestaande verzorgingshuizen zullen verdwijnen, of worden omgebouwd tot woonzorgcomplex met zelfstandige woonruimte of tot verpleeghuis. Vaak in samenwerking met woningcorporaties.

Vermaatschappelijking van de zorg

Er zijn veel doelgroepen die naast woonruimte zorg nodig hebben. Naast ouderen zijn er verstandelijk gehandicapten, (ex-)psychiatrische patienten, autisten, mensen met niet-aangeboren hersenletsel en mensen die maatschappelijke opvang nodig hebben. De zorg vermaatschappelijkt. Vroeger woonden veel doelgroepen 'in de bossen'. Tegenwoordig wordt er zoveel mogelijk woonruimte gerealiseerd in gewone woonwijken, vaak in kleinschalige woonprojecten. Ook de groei van het aantal dementerenden leidt ertoe dat de vraag naar kleinschalige projecten zal toenemen. Voor deze doelgroep blijft ook gespecialiseerde verpleegzorg nodig.

Levensloopgeschikte (levensloopbestendige) woningen

Niet iedere oudere is slecht ter been of heeft zorg nodig. Maar de kans daarop neemt met het klimmen der jaren wel toe. Dat noodzaakt om de woningvoorraad beter geschikt te maken voor ouderen en mensen met een handicap. Zowel bij nieuwbouw als bij verbouw. Die benadering wordt aangeduid als het bouwen van 'levensloopgeschikte woningen', ook wel 'levensloopbestendige woningen' genoemd. De woningcorporaties namen in die ontwikkeling het voortouw.

Wonen, zorg én welzijn

Wonen, zorg en welzijn zijn drie componenten die onlosmakelijk met elkaar zijn verbonden. Om zo lang mogelijk zelfstandig te kunnen blijven wonen, is het noodzakelijk dat mensen gebruik kunnen maken van de door hun gewenste voorzieningen op al deze drie gebieden. Onder de component 'welzijn' wordt een uiteenlopend pakket aan diensten en services verstaan, zoals maaltijden, alarmering, klussendienst, pedicure, kapper, alsmede activiteiten (zoals sport, ontspanning, educatie). Maar onder welzijn valt ook informatievoorziening, participatie, dagbesteding, mobiliteit.

Samenwerking

Zorgorganisaties, woningaanbieders en welzijnsorganisaties werken steeds vaker samen. Zij ontwikkelen nieuwe concepten en realiseren formules die in experimentele projecten hun waarde hebben bewezen. Het aanbod wordt steeds diverser. Het oude verzorgingshuis is vervangen door woonzorgcomplexen of woonzorgcentra. Het concept van de woonzorgzones wordt steeds vaker toegepast. In een woonzorgzone wordt zorg vanuit multifunctionele centra geboden in de omliggende wijken, vaak over een grote afstand. Verschillende disciplines werken hierbij samen.

Provincies zijn actief in het ondersteunen van ontwikkelingen, vaak met eigen subsidieregelingen. De rol van gemeenten verandert. Volgens het ontwerp van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) krijgen gemeenten de regierol bij het combineren van wonen, zorg en welzijn.

Begrippen

Met het toenemende aantal verschillende arrangementen van wonen en zorg neemt ook de begripsverwarring toe. Per sector, per regeling, per project verschillen de benamingen. Het kenniscentrum heeft getracht enige orde te scheppen met een begrippenlijst (pdf, 30 kb), waarin zoveel mogelijk de terminologie wordt gevolgd uit de beleidsnota’s van VWS en VROM.

Voor de toekomst worden in hoofdzaak drie arrangementen van wonen en zorg onderscheiden:


zoeken in 118 websites