Bouw- en transformatieopgave - landelijke bouwopgave

Monitor voortgang bouwopgave

De afgelopen jaren zijn verschillende berekeningen gepubliceerd van de bouwopgave voor zelfstandig wonen, gecombineerd met zorg en welzijn. De berekeningen die de ministeries van VROM en VWS lieten maken op basis van het Woningbehoefteonderzoek (WBO) 2002 hebben een formele status gekregen. Zij worden gebruikt om de prestaties van lokale en regionale partijen in het veld te beoordelen. Daarvoor wordt een monitor ontworpen, waarover de ministeries periodiek zullen rapporteren aan de Tweede Kamer.

Actieplan Investeren voor de toekomst

De ministeries van VROM en VWS hebben de op basis van het WBO 2002 berekende bouwopgave tot het jaar 2015 vastgelegd in de beleidsbrief Investeren voor de toekomst (pdf, 150 kb) aan de Tweede kamer van september 2003. De beleidsbrief is gevolgd door een Actieplan (Word-document, 155 kb) van beide ministeries voor de periode tot 2009. Lees ook bijlage bij Actieplan (pdf, 78 kb).
Tot 2009 moeten door nieuwbouw, verbouw en gerichte woningtoewijzing minimaal 255.000 woningen extra beschikbaar komen voor ouderen en mensen met een handicap (tot 2015 395.000 woningen). Het gaat daarbij om nultredenwoningen. Dat zijn zelfstandige woningen die zonder trap bereikbaar zijn en waarvan de primaire ruimten (woonkamer, keuken, slaapkamer en toilet) op dezelfde woonlaag liggen. Het kan gaan om flats en om seniorenwoningen (woningen in de laagbouw, met alle primaire ruimten op de begane grond en eventueel een mogelijkheid voor een extra kamer op de verdieping). Van deze woningen moeten er 99.000 in de categorie verzorgd wonen tot stand komen, met de mogelijkheid van 24-uurs verzorging (115.000 woningen tot 2015). Deze aantallen vormen de basis voor woningbouwafspraken die het Rijk maakt met gemeenten, regio’s en provincies. Het zijn de lokale partijen die in het vervolg het initiatief hebben bij de planning.

Eengezinswoningen

Aedes, Arcares, LVT en MOgroep bekritiseerden de eenzijdige aandacht in het Actieplan voor nultredenwoningen. De brancheorganisaties wezen erop dat ook de verbetering van eengezinswoningen in de bouwopgave moet worden betrokken. Slechts 30% van de woningvoorraad bestaat uit flats, die vooral in stedelijk gebied zijn gebouwd. Ouderen wonen vooral in eengezinswoningen en willen daar graag in blijven wonen. Ruim 70% van de bestaande eengezinswoningen heeft geen toilet op de slaapverdieping. Dat kan bij oudere bewoners de wens om te verhuizen versterken. Verbetering van eengezinswoningen, bijvoorbeeld dor het aanbrengen van een tweede toilet op de slaapverdieping, kan ertoe leiden dat bewoners langer in hun eengezinswoning willen blijven. In opdracht van het Kenniscentrum is een onderzoek uitgevoerd onder oudere bewoners van eengezinswoningen om de behoefte aan specifieke verbeteringen te peilen. Lees meer. De brancheorganisaties wezen er ook op dat de mogelijkheden voor het bouwen van seniorenwoningen in de laagbouw beperkt zijn. Momenteel bestaat 42% van het aanbod van nultredenwoningen uit dergelijke seniorenwoningen.

Prognoses van provincies en gemeenten

Gemeenten worden geconfronteerd met de regievraag. Zij laten behoefteprognoses opstellen voor wijken en dorpen en gaan structuurvisies voor wonen en zorg opstellen, op grond waarvan bestemmingsplannen worden aangepast. Ook provincies gaan op regionaal niveau toekomstverkenningen uitvoeren en scenario’s en kengetallen afgeven.


zoeken in 118 websites