Markt in Soest. Foto: Willem Mes

Stapstenen naar kleinschalig genormaliseerd wonen

In Belgie is in 2007 een driejarig onderzoek afgerond naar kleinschalig wonen voor dementerenden of zoals het daar genoemd wordt: kleinschalig genormaliseerd wonen (KGW). In opdracht van het Vlaamse ministerie van VWG onderzochten wetenschappers van de universiteit van Leuven diverse aspecten van KGW.

Dit onderzoeksproject had vier doelstellingen:

  • Het inventariseren van de specifieke zorgaspecten en zorgkosten van het genormaliseerd kleinschalig wonen voor personen met een dementie.
  • Een voorstel voor een nieuw kostendekkend overheidsbijdrage voor de zorg voor personen met dementie binnen een genormaliseerd woon- en zorgconcept.
  • Het opmaken van een draaiboek om de specifieke zorgaspecten van het genormaliseerd kleinschalig wonen te integreren in de zorginfrastructuur en -werking van een klassiek rusthuis.
  • Het uitwerken van een intervisiemodel inzake dit zorgconcept.

Kernelementen van kleinschalige zorg

Als specifieke zorgaspecten worden zes kernelementen benoemd: normalisatie, zorg op maat, kwaliteit van leven, kwaliteit van de relaties, schipperen tussen autonomie en geborgenheid en kleinschaligheid. Om KGW te realiseren moet aan al deze elementen worden voldaan en moeten ze ook in concrete activiteiten en gedrag worden vertaald. Dat vraagt om voortdurende aandacht en begeleiding voor het personeel. Elk huis had haar eigen invulling van de kernelementen, kenmerkend voor een nieuwe manier van zorg verlenen, er is immers nog geen routine of handboek beschikbaar. Daarom vond men het wel belangrijk regelmatig terug te keren naar de visie en te kijken of men nog op de goede weg was.

Kosten

Uit het kostenonderzoek bleek dat ten tijde van het onderzoek (2002-2003) KGW enkel financieel haalbaar was voor een doelgroep van zwaar zorgbehoevende personen met een matige tot ernstige vorm van dementie. Aangezien het niet de bedoeling is van KGW om mensen op basis van zorgzwaarte te selecteren voor deze vorm van verzorging behoeft de financieringstructuur via het RIVIZ nog aanpassing.

Competenties belangrijker

Omdat de personele bezetting in een KGW setting flexibel moet zijn om zorg op maat te kunnen bieden met een brede taakopvatting, bleken de kwalitatieve en kwantitatieve personeelsnormen van het RIVIZ niet goed te voldoen. De normering biedt te weinig gelegenheid voor het inzetten van polyvalente personeelsleden in een multidisciplinaire setting. Competenties zijn in het KGW belangrijker dan kwalificaties. Er moet veel aandacht voor bijscholing en vorming zijn. Niet alleen voor het (para)medisch personeel maar ook voor schoonmaak- en afdelingshulpen. Allen moeten het concept begrijpen en toepassen op hun eigen werkzaamheden en patiëntrelaties.
Externe bijscholingsprogrammas schieten vaak tekort omdat het personeel in KGW vaak al in de frontlinie van de kennisontwikkeling van hun vakgebied meeloopt. Interne programmas bieden training op maat om het concept, de visie en het handelen beter vorm en inhoud te geven.

Minder tijd besteed aan zorg

Omdat het genormaliseerd wonen zich richt op de ondersteuning van zelfzorg van bewoners wordt meer tijd besteed aan communicatieve taken en begeleiding en minder aan pure zorg. Bovendien worden taken vaak veel gerichter op een of enkele personen uitgevoerd. Er is minder tijd nodig voor indirecte taken dan in klassieke verpleeg- of verzorgingshuizen. Medicijnen bijvoorbeeld, pak je direct voor één persoon. Je zet niet de medicijnen voor een hele afdeling klaar en deelt die dan uit.
De tijdsbesteding aan personen correspondeert niet direct met hun zorgzwaarte. Dat is ook in klassieke rusthuizen niet het geval, daar is die correlatie alleen bij de ADL zorg te vinden. Maar zelfs voor de ADL zorg is de zorgzwaarte geen voorspeller in het KGW. De zorg richt zich op integratie, participatie, kwaliteit van leven en relaties, zoekend naar evenwicht tussen autonomie en geborgenheid.

Hoge waardering door familie

Bewoners van KGW vormen een afspiegeling van de doorsnee Vlaamse bevolking, het is zeker geen elite-zorg. De familie van de bewoners waardeert het KGW zeer hoog. Deze zorgvorm vervangt niet de thuiszorg, voor de familie is verhuizing naar KGW pas aan de orde als de zorg thuis te zwaar wordt of als de situatie te onveilig wordt. De meeste bewoners zijn zo lang mogelijk thuis gebleven.

Hoge waardering door personeel

De onderzoeksresultaten laten zien dat personeel in KGW minder stress en burn-out kent dan hun collegas in reguliere Vlaamse rusthuizen. Ook de leiding die ze krijgen waarderen ze hoger en ze voelen zich goed ondersteund in moeilijke zorg- en werksituaties.

Voor wie meer wil

Het wetenschappelijk kader van KGW wordt nog verder uitgewerkt in het onderzoek door voorstellen te doen voor betere voorspellers van zorgvraag en zorgzwaarte. Vergelijking van verschillende schalen en wat ze meten levert vooral het inzicht op dat verdere studie opportuun lijkt.
Het belang van juiste voorspellers zit in de financiële consequenties ervan. Op basis van deze voorspellers wordt berekend welke vergoedingen er voor zorg van een bepaalde zwaarte wordt gegeven. Als de ADL zorg echter niet meer de belangrijkste dienst is, zijn er betere voorspellers dan de huidige KATZ-score nodig om tot een kostendekkende financiering te komen.
Verder komen er nog een aantal best practices aan de orde op het gebied van persoonlijke begeleidingsplannen, scholing, communicatie en visiebewaking.

Meer informatie

  • Rapport Stapstenen naar Kleinschalig Genormaliseerd Wonen

01-01-2008