Expeditie begonia 2018

0

Art.9 Dienst persoonlijke hulp 1.

De dienst persoonlijke hulp, die kan worden opgericht door gemeenten of lokale gezondheidseenheden binnen de grenzen van hun gewone begrotingsmiddelen, is gericht op burgers met een tijdelijke of permanente ernstige beperking van de persoonlijke autonomie die niet kan worden verholpen door de het verstrekken van technische.

ICT-, prothese- of andere vormen van ondersteuning gericht op het vergemakkelijken van de zelfredzaamheid en de mogelijkheid tot integratie van de burger zelf, inclusief de tolkdienst voor dove burgers 2.

De persoonlijke hulpverlening is geïntegreerd met de andere gezondheids- en sociale hulpverleningsdiensten die in het gebied bestaan ​​en kan gebruik maken van het meerwerk van:

Degenen die op grond van de huidige wetgeving erkenning hebben gekregen van het gewetensbezwaar, die een verzoek doen ervoor; b) burgers ouder dan achttien jaar die om vrijwilligerswerk verzoeken; c) vrijwilligersorganisaties.

3 Het onder de letters

a), b), c) van lid 2 vermelde personeel moet een specifieke opleiding hebben genoten. 4. De tucht opgelegd door artikel 2, paragraaf 2, van de wet van 11 augustus 1991, nr. 266.
Opmerking bij art. 9: – De tekst van art. 2, lid 2, van wet nr. 266/1991 (Kaderwet Vrijwilligerswerk) luidt als volgt: “2.

Vrijwilligersactiviteiten kunnen op geen enkele manier worden betaald, zelfs niet door de begunstigde.

De vrijwilliger kan door de organisatie waartoe hij behoort alleen de kosten vergoeden die daadwerkelijk zijn gemaakt voor de uitgevoerde activiteit, binnen de grenzen die vooraf door de organisaties zelf zijn vastgesteld.

Art.10 Interventies ten behoeve van personen met een handicap in een ernstige situatie 1. Gemeenten, zelfs in consortium met elkaar of met de provincies, hun vakbonden, berggemeenschappen en lokale gezondheidsdiensten, binnen het kader van hun bevoegdheden op het gebied van sociale diensten aan hen toegekend door de wet 8 juni 1990, n.

142, kunnen realiseren met hun eigen gewone begrotingsmiddelen, terwijl ze toch het recht op sociale en educatieve integratie waarborgen in overeenstemming met de procedures die zijn vastgelegd door deze wet en in overeenstemming met de prioriteiten van de interventies waarnaar wordt verwezen in wet nr.

184, woongemeenschaps- en sociaal-revalidatiecentra voor mensen met een handicap in ernstige situaties. 2.

De structuren bedoeld in letter l) en de activiteiten bedoeld in letter m) van lid 1 van artikel 8 worden uitgevoerd in overleg met de werkgroep voor schoolintegratie bedoeld in artikel 15 en met de collegiale organen van de school . 3.

De in lid 1 bedoelde entiteiten kunnen, door middel van passende financiering

Afhankelijk van het advies van de regio over de congruentie van het initiatief met betrekking tot regionale programma’s, bijdragen aan de oprichting en ondersteuning van gemeenschapshuisvestings.

de-in-lid-1-bedoelde-entiteiten-kunnen-door-middel-van-passende-financieringEn sociaal-revalidatiecentra voor gehandicapten in een ernstige situatie, gepromoot door entes, verenigingen, stichtingen, openbare instellingen van bijstand ebeneficienza (IPAB), coöperatieve verenigingen en organisaties divolontariato geregistreerd in de regionale registers.

De in de leden 1 en 3 van dit artikel bedoelde interventies kunnen ook worden uitgevoerd door middel van de overeenkomsten bedoeld in artikel 38.5 – revalidaties moeten geschikt zijn voor het nastreven van een constante socialisatie van de gastonderwerpen, ook door initiatieven gericht op het betrekken van het publiek dienstverlening en vrijwilligerswerk. 6.

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Vul alstublieft uw commentaar in!
Vul hier uw naam in